Ja, ik weet het. Niets is leuker dan in een enorm skigebied een uitdagende tocht maken van lift naar lift en van piste naar piste. Het liefst zonder dat je twee keer dezelfde lift of piste hoeft te nemen. De grote gebieden speculeren hier ook op door flink reclame te maken voor hun eigen skirondje en geven daar ronkende namen aan als ‘Run of Fame’ (St. Anton), ‘De Schmuggler Runde’ (Ischgl) of ‘The Big Tree Rally’ (Sölden). Saalbach Hinterglemm heeft qua naam de minste fantasie: ‘The Challenge’, maar dat is dan wél een van de langste skitochten van de Alpen, zo juicht de website. Overigens beweert de website van St. Anton precies hetzelfde.
Uitdagende afdalingen
Mag ik als tegenhanger van al dat gejakker over de skipistes pleiten voor de charme van de kleintjes onder de skigebieden? Alleen Tirol kent al bijna 100 gebieden, soms met maar een paar liftjes. Dat betekent echt niet automatisch pretentieloos naar beneden glijden op uitsluitend blauwe pistes. Er zijn zat kleine skigebieden met zeer uitdagende afdalingen. Pistes die je best flink wat keertjes wilt afscheuren, zonder dat je veel andere wintersporters tegenkomt. Want dat is echt een pluspunt van een klein gebied: het is er zelden druk. Nog een voordeel: je komt er nauwelijks landgenoten tegen, tenzij je dat juist leuk vindt natuurlijk. En dan heb ik het nog niet gehad over het relatief lage prijsniveau van de bergrestaurants, de kwaliteit van het eten en de vaak veel goedkopere dagkaarten en skipassen.
Bergeralm bij Steinach: skiën onder de Brenner
Zo was ik in de week voor de Kerst in de Ski Arena Bergeralm, langs de Brennerautobaan en bij Steinach. Als ik 50 mensen op de pistes heb geteld, dan is dat veel. En wat een fantastisch geprepareerde pistes! Wel een keer of tien zijn wij de rode 2 af geracet, vaak zonder dat wij iemand tegenkwamen. Gelijk aansluitend kun je de eveneens rode dalafdaling maken. Met als spectaculair hoogtepunt: skiën onder de Brenner door!
Ski Arena Bergeralm in foto's
Imposante uitzichten op Innsbruck vanaf de Rangger Köpfl
In diezelfde week bezochten we ook onze huisberg Rangger Köpfl in Oberperfuss, vlak bij Innsbruck. Eén cabinebaan en één lange sleeplift (tot 2000 meter hoogte), maar ook hier - ondanks het sneeuwgebrek rond de Kerst - nog prima pistes. Inclusief een spectaculair uitzicht op de Tiroolse hoofdstad. Extra voordelig is dat de dagkaart vele variaties kent. Zo kun je een skipas van twee of drie uur kopen voor nog geen dertig euro. En daarbij kun je de bergbaan naar beneden pakken hoe laat je wilt. Kun je dus na die paar uur skiën rustig op het terras van bijvoorbeeld de Rosskogelhütte genieten van de werkelijk heerlijke lokale gerechten. Of probeer dat lokale zuurkoolgerecht in het zelfbedieningsrestaurant Sulzstich eens uit. Eet smakelijk!
Wat is jouw favoriete kleine skigebied en waarom?